Zit je in het bestuur van een paard rijvereniging? Houd dan rekening met de nieuwe regelgeving ‘Wet bestuur en toezicht rechtspersonen’. De Eerste Kamer heeft op 10 november 2020 het wetvoorstel Wet bestuur en toezicht rechtspersonen (“WBTR”) aangenomen. De inwerkingtreding van de WBTR dient nog door een bij koninklijk besluit te nemen tijdstip te worden bepaald. Met deze nieuwe wet wordt beoogd de taken en verantwoordelijkheden van bestuurders en commissarissen van o.a. verenigingen, stichtingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen te verduidelijken. Met de inwerkingtreding van de WBTR zal met name het volgende veranderen:
- De tegenstrijdige belang regeling die nu voor de naamloze en besloten vennootschappen geldt zal ook voor bestuurders en commissarissen van (paardrijd) verenigingen, stichting, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen. Iedere bestuurder en iedere commissaris zal niet mogen meedoen aan de besluitvorming over een onderwerp waarbij hij een tegenstrijdig belang heeft.
- Bestuurders en commissarissen van iedere (paardrijd) verenigingen, stichtingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen zullen zowel in als buiten faillissement aansprakelijk kunnen worden gesteld voor onbehoorlijke taakvervulling. Dit brengt een extra risico met zich mee voor niet-commerciële (paardrijd) verenigingen en stichtingen.
- Voor bestuurders en commissarissen van (paardrijd)verenigingen, stichtingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen zal ook een verplichte statutaire belet- en ontstentenisregeling gelden. Dit betekent dat de statuten dienen te worden aangepast, in die zin dat de statuten een regeling bevatten voor het geval het bestuur tijdelijk of definitief niet in zijn taken kan voorzien.
Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen? Neem dan contact met Irma Uwe-Ntukabumwe.